Prestaties en v.o.-adviezen van de doelgroepen van het onderwijsachterstandenbeleid

De Nederlandse overheid voert al enkele decennia specifiek beleid om de onderwijsachterstanden van autochtone en allochtone arbeiderskinderen te voorkomen en bestrijden. Het ministerie van OCW heeft het ITS verzocht de ontwikkeling qua prestaties en adviezen voor voortgezet onderwijs in kaart te brengen. Gebruik is gemaakt van grootschalige gegevens die sinds 1995 zijn verzameld binnen de PRIMA- en COOL-cohortstudies. Met betrekking tot de ontwikkeling in taal- en rekenprestaties in de periode 1995-2011 laten de resultaten zien dat het beeld (gunstig, ongunstig) sterk bepaald wordt door wie als doelgroep van het beleid wordt beschouwd. Daarin zijn er in de loop der jaren verschillende aanpassingen geweest. Wanneer wordt uitgegaan van een gedifferentieerde doelgroepindeling, waarin zowel etniciteit als ouderlijk opleidingsniveau is verdisconteerd, zijn de ontwikkelingen veel gunstiger dan wanneer wordt uitgegaan van een grove indeling van doelgroep versus niet-doelgroep. Met betrekking tot de vraag of allochtone kinderen bij vergelijkbare scores op de Cito-toets een ander advies krijgen dan autochtone kinderen is het antwoord ontkennend.

Rapport
Geert Driessen (red.) (2012). De doelgroepen van het onderwijsachterstandenbeleid: ontwikkelingen in prestaties en het advies voortgezet onderwijs. Nijmegen: ITS.

De_doelgroepen_van_het_onderwijsachterstandenbeleid